De toets constructie betreft het opstellen van de toets, inclusief het beoordelingsmodel en de cesuur. De gehanteerde beoordelingsmodellen geven voldoende garantie voor een betrouwbare en transparante beoordeling en zijn tegelijkertijd werkbaar voor examinatoren. De kwaliteitseisen voor toetsen zijn: validiteit, betrouwbaarheid, transparantie en efficiëntie.
Validiteit
Zijn de resultaten van de beoordelingen aan de studenten wel geldig en komen deze overeen met de werkelijkheid?
Op dit moment staat er nergens beschreven wanneer een student te beoordelen met insufficiënt, acceptable, standard, standard plus of n/a. Het is een mening van de instructies. Validiteit tijdens mijn beginstatus is nihil.
Zijn de resultaten van de beoordelingen hetzelfde als de simulatie run nog een gedraaid wordt met een andere instructeur erbij?
Betrouwbaarheid
Omdat er nergens beschreven staat wat er onder de beoordelingscriteria insufficient, acceptable, standard, standard plus, n/a valt, blijft het een mening van een instructeur. Wat de ene instructeur beoordeeld met standard of misschien wel met standard plus, wordt door een andere instructeur beoordeeld met acceptable. De betrouwbaarheid van de beoordeling is 0.
Transparantie
De betekenis zegt het al, het verschaffen van inzicht in de beoordelingscriteria om een goede, afgewogen beslissing te nemen en verantwoording af te kunnen leggen. Er moet een beschrijving/uitleg komen om een eerlijke en afgewogen beoordeling/feedback te kunnen geven aan de studenten.
Efficiëntie
Door de juiste simulatie sessies aan te bieden, met een maximaal aantal STCW competenties in een simulatie sessie, kan er zo efficiënt mogelijk getraind worden.
Je ziet een driehoek, opgedeeld in vier lagen die ieder een onderdeel van de Pyramide van Miller beschrijven. Van onder naar boven zijn deze stappen: weten, weten hoe, laten zien en doen.

Wanneer studenten de basiskennis beheersen (weten) kan er een motivatie ontstaan om verder te willen kijken. Studenten beschikken over (een deel van) de basiskennis, waardoor ze geïnteresseerd raken in een onderwerp. Door het construeren van de juiste simulatie oefeningen, kunnen de studenten hun kennis toepassen in nieuwe situaties. De student is in staat om de simulatie oefening te doorlopen en gaat de uitdaging aan om in realistische situaties kennis uit te breiden, door triggers welke de student tegenkomt in de simulatie. De student neemt deze kennis mee aan boord, en kan terugvallen op zijn ervaringen binnen de simulatie sessie. Hierdoor voelt de student zich gemotiveerd om in de toekomst verdere stappen te nemen en werkt de student aan zelf ontplooiing. De Pyramide van Miller loopt als ware van zijn laatste stap, zo over in stap 5 (zelf ontplooiing) van de Pyramide van Maslov.